Tussenstand interne competitie

30 september 2014 (door Bert Bergshoeff)
Na de eerste drie speelavonden gaat clubkampioen Aad de Bruijn aan de leiding in de A-groep. Toch moest hij al remises toestaan aan Loek Veenendaal en Sander Schilthuizen, dus met 2 uit 3 is zijn score slechts een half punt beter dan die van Rob de Haan en Sander. De enige speler met een 100% score is Paul Ruber en de enige die nog puntloos is is Wim Hoffenaar, maar beiden hebben pas één partij gespeeld.

In groep B is Paul Mathot koploper met 2,5 uit 3, gevolgd door Paul Neering met 2 uit 2 en Pim Abbestee met 2 uit 3. Zonder punten zijn nog Peter van Harn (0 uit 1) en Michiel de Wolf (0 uit 3).

In C lijkt Robert Balm goed op weg naar promotie: hij won z’n eerste drie partijen. Frank Hirs is een goede tweede (2 uit 3) en op de loer liggen ook nog Wim Eiselin en Bert Bergshoeff (beiden 1 uit 1). Onderaan vinden we Rob van Blarcum (0 uit 2) en André Fivet (0 uit 3).

 

Voorafgaand aan de tweede ronde werden de prijzen voor de interne competitie van vorig seizoen uitgereikt. De nieuwe clubkampioen Aad de Bruijn (links) kreeg de wisselbeker overhandigd door zijn voorganger Sander Schilthuizen.

Een heel goed begin Ronde 1: Krommenie 1 - S.V. Het Spaarne 1 : 2½ - 5½

De eerste wedstrijd in de Promotieklasse (seizoen 2014-15) tegen het gepromoveerde Krommenie werd niet zonder zorg tegemoet gezien. Krommenie had immers Het Spaarne in de bekerwedstrijd met 3½-½ afgedroogd en was in de finale zelfs kampioen van de NHSB geworden. Maar het liep nu heel anders, op eigen terrein werden de Krommenezen ruim verslagen. En dat terwijl zij gemiddeld 130 elo-punten meer in het veld brachten.

Op het eerste bord kwam Aad de Bruijn al snel in het voordeel. Alle tegenstand die Van Dongen daarna nog bood, hielp hem niets. Al om kwart voor vier was het eerste volle punt voor Het Spaarne binnen. Daarmee was de stand gelijk gemaakt, want Leo Littel op het tweede bord was tegen de sterke invaller Willem Moene een half uur eerder door de pomp gegaan. En zelf had ik mij intussen tevreden gesteld met een remise. De opening zag er heel goed voor mij uit, maar ik wist het voordeel niet vast te houden, Peter Alberts kon egaliseren en Frans raadde mij niet af om het aanbod van een gelijkspel aan te nemen. Ik had inmiddels gezien dat mijn medespelers goed spel hadden.

Paul Neering op bord 8, tegen Anneke Schol, veroverde een pion; Sander Schilthuizen (op bord 4) mocht een kwaliteit incasseren; Loek Veenendaal (bord 5) had een veelbelovend initiatief op de damevleugel, terwijl Fer Mesman (bord 6) en Frans Arp (bord 3) zeker niet minder stonden.

Ruim een half uur later stelde ook Paul zich tevreden met remise. Anneke had een tegenaanval ontwikkeld in het toreneindspel, via de h-lijn. Paul had zijn toren op c3 geïnstalleerd. Beiden konden pionnen gaan eten, maar begroeven liever de strijdbijl. Of dat terecht was, zal analyse moeten uitwijzen. Hoe dan ook: nog steeds was de stand gelijk: 2-2.

Met doelbewust “klassiek” manoevreren kon Loek de vijandelijke stelling via de c-lijn en daarna via de zevende rij binnendringen en de tegenstander (Erik Breedveld) tenslotte (na nog geen vier uur spelen) voor ondekbaar mat plaatsen.

Twintig minuten later breidde Frans de voorsprong uit naar 4-2. Hij had in eerste instantie materieel voordeel bereikt, maar gaf dit op om een voordelig toreneindspel in te gaan. De zwarte koning was teruggedrongen en de witte marcheerde binnen. Toen een vrijpion zwart een toren zou gaan kosten zag André Breedveld in dat eigen vrijpionnen niet tegen de witte toren zouden zijn opgewassen en dus capituleerde hij.

En nog eens tien minuten later blunderde Jan Schol, de tegenstander van Fer, vreselijk. Om groot materieel nadeel af te wenden liet hij mat in één zet toe! Toen stond het dus 5-2.

Niemand twijfelde eraan dat Sander (zwart) ook ging winnen. Het eindspel van ieder drie pionnen, een paard en een loper voor Alex Koelewijn en een toren en loper voor Sander, bleek echter toch lastig. Wit forceerde een vrijpion op de h-lijn en wist zodanig grote dreigingen te scheppen (zelfs een matdreiging) dat Sander tenslotte genoodzaakt was om de kwaliteit terug te geven. Het werd daarna nog spannend, omdat Sander (teleurgesteld?) zelfs nog met alleen een loper moest optornen tegen pion en paard. Gelukkig wist hij – het was inmiddels zes uur – alsnog remise te maken.

De eindstand (5½-2½) voor Het Spaarne was een onverwacht goed resultaat. De ambitie om ons in deze klasse te handhaven lijkt onmiddellijk heel goed haalbaar.

Krommenie 1956 S.V. Het Spaarne 1824
1. Cor van Dongen 2130 Aad de Bruijn 1966 0 1
2. Willem Moene 2186 Leo Littel 1871 1 0
3. Andre Breedveld 2077 Frans Arp 2002 0 1
4. Alex Koelewijn 1988 Sander Schilthuizen 1858 ½ ½
5. Erik Breedveld 1942 Loek Veenendaal 1745 0 1
6. Jan Schol 1862 Fer Mesman 1715 0 1
7. Peter Alberts 1759 Rob de Haan 1731 ½ ½
8. Anneke Schol-Grin 1709 Paul Neering 1704 ½ ½