Bijna wel, toch niet: geen degradatie voor Spaarne 1 in klasse 4D ondanks vijfde verlies Spaarne 1 - Oegstgeest 1 3,5-4,5

Oké, oké, een tactische opstelling dus (ik heb in de jaren die ik schaak nooit een goed alternatief gehoord voor deze afgezaagde term). En het wedstrijdverloop voltrok zich met als startpunt de niet onterechte woorden die Colleen in de auto vooraf uitsprak: als je een tactische opstelling doet, en je wilt als team winnen, betekent dat dat je ook op de borden 1 tm 4 halfjes of dik verdiende punten moet binnenhalen, want, zo zei ze, als je op de borden 5 tm 8 vier punten pakt wordt het op zijn hoogst 4-4. De vraag was natuurlijk: zou een matchpunt genoeg zijn, of moesten het er twee worden?

Het werd ‘erger’ dan Colleen voorzag, maar niet zo erg. Op de borden 5 tm 8 haalden we 3.5 punt: alleen Paul Ruber maakte remise, Colleen, Loek en ik wonnen. Op de heenweg lieten Colleen en ik onbesproken dat vier van onze teamgenoten zich sowieso moesten opwerpen als kanonnenvoer, met als bijna onhaalbare troost een remise tegen de betere schakers uit Oegstgeest (het ratingverschil was door onze afwijkende opstelling meer dan 300 elopunten, op bord 1, 2 en 3).

Hieronder onze winstpartijen, met licht commentaar van de spelers zelf.

 

 

 

-0-

Laat op de middag werd bekend dat Woerden 2 dik verloren had van LSG 4 (0.5-7.5). Op dat moment maakte het dus niet meer uit wat de eindscore werd. We zouden niet degraderen, maar ik dacht: het zou ons sieren als we toch een gelijkspel uit het vuur weten te slepen. We stonden toen voor met 3.5.-2.5. Tegenover de drie winstpartijen op de lage borden stonden twee nederlagen op bord 1 en 2. Vroeg op de middag had Leo Littel zich tactisch verslikt tegen Fred Slingerland en had moeten opgeven, helaas. Frans Arp op bord 1 kon het, zoals hij als teamcaptain vooraf ook had ingeschat, niet heel lang vol houden tegen Nebosja Nikolic. Hij verloor een kwaliteit, de witspeler gaf vlak daarna de kwaliteit terug om af te wikkelen naar een gewonnen eindspel met een pluspion.

Er waren op dat moment nog twee partijen aan de gang, en er leek zelfs even een overeenkomst over een 4-4 eindstand te komen, er was wat geroezemoes van de borden vandaan, tussen de teamcaptains, maar even later weer niet. Er werd blijkbaar door gespeeld.

Fer Mesman had op bord 3 met zwart een moeilijk eindspel tegen Joop Piket: een slechtere loper tegen een vrolijk huppend paard, ieder een toren, een trits pionnen aan beide flanken, een actievere witte koning, en dan nog de pionnen b5 en a6, op de kleur van de loper. Wellicht was het houdbaar, maar Fer koos met druk op de klok voor tactische complicaties, waarmee hij ten koste van een kwaliteit een gedekte vrijpion verkreeg op e2. Piket werkte die koeltjes weg (Te3xe2) en liet op een elegante manier zijn pion promoveren op a8 (1-0). Na de partij ontdekte Fer dat hij juist de verkeerde tactische complicatie koos (50 …. dxe3). Doorslaan naar c3 en b2 had wellicht betere remisekansen geboden. Hieronder de partij:

 

Op bord 4 had Aad de Bruijn na de 40ste zet een licht ongunstig eindspel op het bord gekregen: een pion voor de kwaliteit, wel het loperpaar, pionnen op een vleugel. Misschien remise, denk je dan als toeschouwer. Het loperpaar verdween op een gegeven moment en de zwartspeler wist toen het resterende eindspel van toren tegen loper om te zetten in een gewonnen pionneneindspel. Misschien had Aad zijn g-pion niet moeten opspelen (g2-g4-g5) en alleen hebben moeten afwachten door zijn lopers op en neer te spelen (Lf3-e4-d5-f3). Maar dat is achteraf praten.

Daarmee werd de wedstrijd alsnog verloren en bleven we steken op drie matchpunten uit zeven wedstrijden. Dat geeft te denken. Twee seizoenen geleden werden we met enig geluk tweede, met promotie naar de derde klasse tot gevolg. Doemt de vergrijzing nog genadelozer op, ondanks onze jeugdige geesten (ik ben een half jaar geleden zestig geworden en denk nog steeds dat ik zonder enige moeite Cruijff-achtige schijnbewegingen kan maken in een vol stadion, of op een vol schaakbord, ja zeker, waarom niet, …. oh nee, het was weer een droom)?

Of is er nieuw elan / energie (Aad) en daagt dat wel weer in het nieuwe seizoen voor anderen?

Van de foto van het WK-team 1974, genomen tijdens de wedstrijd Duitsland-Nederland in Frankfurt (2-1, afgelopen dinsdag, 26 maart), schrok ik toch wel even: verrek, die persoon daar rechts is Rene van de Kerkhof. Of is het Willy? Zelfs op Wim Rijsbergen zit niet geringe sleet. Van Hanegem ziet er nog wel energiek uit. Misschien doet hij sinds kort aan schaakpuzzels en padel. Bovendien, zijn vrouw heeft hem na jarenlang gedram aan het lezen gebracht (essays van Anil Ramdas?): ‘Oké, oké, als jij wilt dat ik dat lees, dan lees ik dat.’

In ieder geval: moedig voorwaarts (een bijna versleten gezegde van een ‘groot volksschrijver’ – als men mij vraagt hoe het met me gaat, zeg ik steeds vaker: slecht, maar verder gaat het goed.)

Tot zover!

Sander Schilthuizen

Rating
Rating
Arp, F.L. (Frans) 1911 Nikolic, N. (Nebojsa) 2243 0 – 1
Littel, L. (Leo) 1840 Slingerland, F. (Fred) 2186 0 – 1
Mesman, F.D. (Fer) 1792 Piket, J.J. (Joop) 2108 0 – 1
Bruijn de, A. (Aad) 1905 Boots, J. (Johan) 1920 0 – 1
Schilthuizen, A.P. (Sander) 1933 Maat van der, N. (Niek) 1899 1 – 0
Otten, C.J. (Colleen) 1971 Aalbers, K.G. (Klaas) 1884 1 – 0
Ruber, P.J.P. (Paul) 1968 Wagemans, E.P.M. (Ed) 1852 ½ – ½
Veenendaal, L. (Loek) 1936 Berg van den, H.J.M. (Dick) 1816 1 – 0
Gemiddelde Rating: 1907 Gemiddelde Rating: 1989 3½-4½

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *