Holle vaten

Ik ben gestopt met de talkshows. Ik kijk er niet meer naar, want ik heb geen geduld meer voor het oeverloze geklets. Ook de zogenaamde deskundigen blijken het maar al te vaak bij het verkeerde eind te hebben. En als ze echt iets te melden hebben dan is de tijd te kort en worden ze soms halverwege hun betoog afgekapt. Televisie maken is in veel gevallen een vervelend opgefokt wereldje denk ik. Vóór en achter de schermen.

Ik weet niet hoe dit in andere landen gaat. Wordt daar ook zoveel geouwehoerd op televisie?

Ik kan me best voorstellen dat er behoefte bestaat aan een programma op de televisie waarin het nieuws van de dag wordt becommentarieerd. Nederland is volgens mij het enige land ter wereld waar er maar liefst vijf praatprogramma’s zijn (als ik goed geteld heb). En als je dan naar zo’n programma zit te kijken word je er meestal weinig of niets wijzer van. Het is een herkauwen dat zo langzamerhand geen grenzen meer kent.

De eerste stoomtrein reed wel dertig kilometer per uur. Een machine regelrecht uit de hel natuurlijk, die het trekschuitvolk danig van de leg bracht. Er werd aanvankelijk ernstig tegen geprotesteerd door heren met hoge hoeden en dames in crinoline met parasolletjes. Maar de trein werd gemeengoed, zij het gelardeerd met een flinke scheut klassenverschil. Als arbeider kon je derde klasse reizen en op een houten bank je meegenomen boterham opeten, niemand tot last. Dat was vóór de komst van de socialisten, toen de dikke sigaren nog de dienst uitmaakten.

Waarom deze blik in het verleden? Omdat de wereld van toen in sommige opzichten lijkt op de wereld van nu. Destijds begon het kapitalisme aan zijn eerste schreden om samenlevingen te ontwrichten. Als reactie daarop ontstond de klassenstrijd, en die heeft het leven van veel mensen een stuk dragelijker gemaakt. Maar het economisch systeem is niet veranderd. En dat systeem deugt niet. Het neoliberalisme is dan wel geen letterlijke terugkeer naar het ongebreidelde kapitalisme van de negentiende eeuw, maar van nivellering is allerminst sprake. Integendeel. De inkomensongelijkheid neemt wereldwijd weer schrikbarend toe.

Ik verwacht dat dit ook deze keer tot een tegenbeweging gaat leiden. Tot veel strijd ook weer, want mensen vergeten gemakkelijk wat het gekost heeft om een beetje eerlijke verdeling van de inkomsten uit arbeid te realiseren.

Dit soort geluiden hoor je niet in de talkshows. Daarin is het merendeel van de kijkers niet geïnteresseerd. Eerlijk delen is weer uit de mode geraakt, omdat we met allerlei prullaria worden zoet gehouden: de smartphone en andere ‘beeldschermen’ zijn nu opium voor het volk. Mensen worden zoet gehouden met digitale flauwekul: de faam van influencers, fakenews, hetzemakerij, tweets en retweets op X, kortom met minder dan de waan van de dag. Intussen worden de negatieve effecten daarvan steeds meer zichtbaar en beginnen mensen zich er in toenemende mate van af te keren.

Gelukkig is dat inmiddels wel in bredere lagen van de bevolking aan het doordringen, al is Geert Wilders nog steeds overtuigd van het feit dat hij met zijn getweet de Nederlandse politiek kan manipuleren. Ten dele is dat ook zo, hoe irritant. Mensen weten weinig, maar hun ambitie brandt hevig. Talkshows maken disproportioneel veel ruimte voor al die irrationaliteit.

Misschien mogen we wel niet klagen met de tandeloze tijgers die nu het Catshuis bevolken, als we kijken naar de ontwikkelingen in de VS. In sommige opzichten lijken die ontwikkelingen op die in het Duitsland van de jaren dertig. Daar wist Hitler zich ook in relatief korte tijd te omringen met dubieuze en criminele figuren. Een soort paranimfen die er ook nog een persoonlijke rancuneuze agenda op nahielden. Hitler bekleedde ze ruimhartig met allerlei cruciale posten, en zorgde ervoor steeds het laatste woord te kunnen spreken. Ik weet niet of Trump de huidige gebeurtenissen ook zo in de hand heeft. Misschien is het niet eens nodig en heeft deze nieuwe ontwikkeling haar eigen dynamiek, en gaat het gewoon door, ook als Trump in het bejaardenhuis zit.

Dark horse

World Wrestling Mania op het schaakbord keizercompetitie, ronde 14

Veel bekijks trok donderdag de partij tussen Wim Hoffenaar en Johan Tates. Niet zo gek, want dit was de stelling na de 8e zet van zwart:

Wat je ziet is dat zwart bijna al zijn stukken nog in de beginopstelling heeft staan, schijnbaar alleen met zijn dame heeft gespeeld en dat wit weliswaar een toren en een pion achter staat, maar wel ver is in zijn ontwikkeling. Wat je niet ziet is dat de dame op h1 niet de oorspronkelijke dame is, maar de gepromoveerde pion van e7!

Wim was na een half jaar vol fysiek ongemak voor het eerst weer op de club en ook Johans laatste partij was al weer van ver voor de Kerst. Beide mannen, ervaren schakers, hadden er zin in en kozen voor de scherpst mogelijke, niet noodzakelijk de beste zetten, hadden ook oog voor de aandacht die hun partij trok en zo ontstond een potje showworstelen met een hoog amusementsgehalte.

Met plezier tonen we hier de hele partij:

Na een uur of twee vonden ze het mooi geweest en besloten ze tot remise. Welkom terug en bedankt, allebei!

De andere uitslagen van deze avond waren: Sander Schilthuizen – Aad de Bruijn 1-0, Paul Ruber – Keimpe Knijft 1-0, Pim Abbestee – Paul Neering 0-1, Frank Sala – Jeroen Loos 0-1, Wim Eiselin – Robert Balm remise, Frank Otten – Sybe Terwee 0-1.

Paul Ruber doet hieronder verslag van zijn partij tegen Keimpe Knijft en meteen ook nog maar even van die van vorige week.

 

Op weg naar het clublokaal op 16 januari nam ik mij voor nu eens een keer niet voorbarig remise aan te bieden zoals in deze partij op 9 januari:

En hier bood ik laf remise aan. Bij de bar analyseerde ik met Sander het logische vervolg 13. … e6 14. Pe7+ Kh8 15. b4?! Pa4. En we vonden het een onduidelijk stelling. Echter rekenkundige Stockfish vindt dit helemaal geen onduidelijke stelling:

De opgave is namelijk: wit speelt en wint.

 

Een beetje balend maar dus wel gemotiveerd begon ik aan de partij in ronde 14:

Zwart verliest minstens een stuk. Geen spectaculaire partij maar wel een aardige strategische partij.

 

Oplossing eerste diagram:

16. Td8!! en wint. Bijvoorbeeld 16…Txd8?? 17. Pf7 mat!,

of 16…h6 17. Pxf7+, Kh7 18.Le4 met mat in zes.

Bright Thursday keizercompetitie, ronde 13

Blue Monday is de zogenaamd deprimerendste dag van het jaar. Het valt meestal op de derde maandag van januari. Ik kreeg donderdag in de loop van de dag Blue Thursday-gevoelens. In de ochtend had ik nog het vooruitzicht op een clubavond met misschien wel tien interne partijen. Daar verheugde ik me op, want niet alleen is het lekker spelen in een goed gevulde zaal, ook om een leuke indeling te maken kun je het beste zo veel mogelijk spelers hebben. Maar door het aantal afmeldingen (ieder voor zich met plausibele redenen hoor, daar niet van) liep de verwachting terug naar negen, acht, misschien zelfs maar zeven potjes en werd ik chagrijniger en chagrijniger.

Nou goed, het gaat natuurlijk altijd om wie er wél zijn en de zeven partijen die er uiteindelijk uitrolden waren mooi uitgebalanceerd. Ieder had een tegenstander van gelijkwaardig niveau en in vier van de zeven gevallen waren dat partijen waarvan de spelers dit seizoen nog niet eerder tegen elkaar gespeeld hadden. Er werden op alle borden fanatieke gevechten gevoerd, die leuk waren om te volgen en de vijf remises en twee niet-remises die uiteindelijk genoteerd werden waren zonder uitzondering de uitkomst van initiatiefrijk spel en een dappere instelling.

En zo sloeg mijn stemming naarmate de avond vorderde helemaal om en werd het een heuse Bright Thursday.

Voor het meeste spektakel zorgden Ted en Robert. Al vanaf zet 6 werd er materiaal geofferd dat het een aard had, over en weer werden in de loop van de avond remise-aanboden afgeslagen en het einde van de partij kwam pas nadat zwart ook zijn laatste kans op tegenspel had zien vervliegen.

 

 

De partij van de avond was die tussen Aad en Colleen. Van deze partij ontving ik het commentaar van beide spelers, wat een leerzaam inkijkje geeft.

Blitzend het nieuwe jaar in Paul Neering winnaar Oliebollentoernooi

Het nieuwe jaar begon met het Oliebollentoernooi met dit keer snelschaken (5 minuten p.p.p.p. en 3 seconden toevoeging per zet). Sommigen waren nog met kerstvakantie, maar er waren ook velen die speciaal voor het snelschaken waren gekomen. En er waren 5 nieuwe schakers, die van 7 tot 8 hun eerste training van Paul Neering hadden gehad en daarna meteen ook meededen aan het toernooi. We gooiden ze niet meteen volledig voor de leeuwen, ze speelden een onderling toernooitje, maar elke ronde was er wel één vrij en die speelde dan mee in het hoofdtoernooi. Al met al zorgde dat in de eerste ronden voor een strijd op liefst 13 borden in een mooi gevulde speelzaal.

We zouden 10 ronden spelen (met de mogelijkheid voor iedereen om af te haken als hij vond dat hij genoeg geschaakt had), maar het werden er met het oog op de klok uiteindelijk 8. Paul Neering ging na de gegeven training meteen vol gemotiveerd van start met vier overwinningen in de eerste vier ronden op Marco Deurloo, Aad de Bruijn, Jan Vos en Frans Arp. De andere favorieten lieten onderweg flink wat steekjes vallen en na zes ronden leek de strijd alleen nog tussen Paul (5½) en Aad (5) te gaan. Beiden verloren echter in ronde 7, Paul van Bré en Aad van Paul Ruber en zo kregen we nog een spannende slotronde. In die achtste ronde was het aantal tafels waaraan nog gespeeld werd teruggelopen tot 8, maar daarbij waren wel alle toppers nog actief. Paul Neering klopte Florin Omota en verzekerde zich daarmee van de eerste plaats (en de eerste titel van het seizoen 2024-2025). Ook Paul R en Aad wonnen en werden op een half punt achterstand gedeeld tweede. Roland van Hartingsveldt klopte Frans Arp en werd vierde.

De uitslag:

1. Paul N 6½ uit 8

2. Aad en Paul R 6 uit 8

4. Roland 5½ uit 8

5. Colleen, Jan en Bré 5 uit 8

8. Lourens, Arun en Florin 4½ uit 8

11. Robert 4 uit 8

12. Frans, Paul M en Abdul 3½ uit 8

15. Jeroen 3 uit 8

16. Marco 2½ uit 6

17. Piet Hein en Ted 2 uit 5

19. Sybe 2 uit 6

20. Bert 1 uit 1

21. Casper 1 uit 8

22. Wim E 0 uit 3

Uitslag nieuwkomerstoernooi:

1. Stijn 3 uit 3

2. Joel 2 uit 3

3. Frank 1 uit 2

4. Alex 1 uit 3

5. Lars 0 uit 3

De donkerste dag

Kersthangershot10

Donderdag 19 december 2024 werd de donkerste dag ooit gemeten, volgens een ’te laat geboren’ nieuwslezeres (elf opeenvolgende dagen was de zon niet te zien geweest). En bijna de kortste dag van dit kalenderjaar. Toch was er verwarring. Een dag ervoor stond uw verslaggever bij een stoplicht naast de Amsterdamse poort. Vier uur ’s middags. Ik ging naar de Filmkoepel voor The room next door (nieuwe film van Almodovar). Ik betrapte me op de gedachte dat het al langer licht bleef, het ergste leed was geleden. En kerst moest nog komen. Meevaller? …Raar…. De zon moest van slag zijn. Of de aarde. Of ik. Wachtend op het groene licht keek ik even naar links en zag een vleug zonneschijn over de stad fladderen. Dat was het. Grijs plakt dag na dag aan grijs, en dan ben je bijna vergeten dat die koperen ploert durft te schijnen in december, hoe kort ook. (En koperen ploert is in dit geval meer dan een overdrijving.) Geef mij nu maar november, en dat is normaal gesproken mijn minst favoriete maand.

Nog even doorbijten, voor wie moeite heeft met een tekort aan daglicht. Mijn zoon zette afgelopen zondag de kerstboom op. De nieuwe kerstlampjes gaven zoveel licht dat mijn ogen ervan gingen knipperen. Dat dan weer wel. Er zat geen dimmer op de stekker. Zo’n drukknopje dat je dan drie of vier keer in kan drukken voor een steeds flauwer schijnsel. Spul van de bouwmarkt. Oke, de hele decemberjanuaririedel laat ik over me heen komen: kunstboom, hertenbiefstuk met ovengefruite spruiten, spekjes erbij, aardappelkrokettengeneuzel, prik, prik, heel erg lekker ja!, daarna het geknal op Oudejaarsdag, en met platte muziek en bubbeltjeswijn de nieuwjaarsnacht in. Dronken? Nee, niet dronken. 2 januari: kunstboom opbergen in trapkast. En dan op zoek naar het nieuwe licht (ik heb geen religieuze inslag).

–0–

De laatste speelronde van de interne competitie voor de jaarwisseling bood ondanks die al dan niet terechte somberte goed schaakvermaak. Ik had zin om een partij te spelen, hoewel de batterijen aan een goede oplading toe waren.  Loting: Paul Neering – Sander Schilthuizen. Remise? Nee. Oh, afgesproken remise? Ook niet. Wat dan?

Het werd een rustige avond. We speelden niet. Eerst diende zich een geïnteresseerde nieuwkomer aan, Lars, die meer wilde weten van de basisprincipes van het schaakspel. Het werd natuurlijk een overstelpende hoeveelheid informatie die Paul en ik over hem uitstortten, met als hoofdmoten: wat moet je in de opening doen? En: hoe beoordeel je een stelling? (koningsveiligheid, materiaalverhouding, pionnenstructuur, stukkenactiviteit). Als ik het me goed herinner. We speelden een partijtje ‘hardopdenken’…

Halverwege de avond verschoof onze aandacht naar de externe wedstrijd die bezig was (Spaarne N3 – Hoofddorp N3). Piet Hein Koning had zich voor even bij ons gevoegd om te melden dat hij van het bord geblazen dreigde te worden. Op bord 1. Met nieuwkomer Lars erbij kwamen we erin na de 20ste zet van zwart (20…Kg7). Vraag: wie staat er beter en waarom? En niet onbelangrijk: wat zou wit moeten spelen?

Lars vond vooral de zwarte pion op d3 gevaarlijk, een luis in de pels van wit. De ervaren rotten (Paul en ik) vonden het witte paard juist een ros dat de zwartspeler (Piet Hein) niet zomaar, of niet meer uit zijn stallen kreeg geknuppeld. Zij overzagen zetten als Pf5-d4 (Schill) en Pd4-e6 (beiden). Onvolkomenheden horen er bij.

 

De wedstrijd eindigde in een overwinning voor de Hoofddorpers: 2-4 (https://www.nhsb.nl/competitie/wedstrijden/17300).

–0–

Door de externe wedstrijd en door de vele afmeldingen werden er in de interne competitie slechts vier partijen gespeeld. Een meer dan alledaagse verrassing werd de zege van Keimpe Knijft op Aad de Bruijn. Op de negende zet kiest Keimpe voor een actieve voortzetting (ontwikkeling voltooien) die hem materiaal kost (de kwaliteit). Hij moet hebben ingezien dat hem flinke compensatie te wachten stond (actieve lopers tegenover een onveilige witte koning). De notities zijn van Aad die, ondanks het verlies, veel waardering had voor het spel van Keimpe. Er zijn kleingeestiger schakers op de wereld.

 

–0–

Tot slot een kleine hersenkraker, die Aad maakte naar aanleiding van de partij De Haas –  De Bruijn (Heerhugowaard 1- Spaarne 1, 14-12-2024) https://www.svhetspaarne.nl/algemeen/heerhugowaard-1-het-spaarne-1-3-5-4-5/.

Oplossingen kunt u insturen tot 1 januari 2025 op deze website (‘reacties’). Vermeld in uw bericht de variant die naar uw idee de juiste is. Niet moeilijk, wel een beetje.

Hopelijk doorstaat u de decemberdonkerte met glans. Fijne dagen!

Schill

Boekdrukkunst, Erasmus en de reformatie (neem iedereen met een korrel zout)

De Beeldenstorm: vroeger en nu | Canon van Nederland

 

Dat de reformatie zich zo snel heeft kunnen verbreiden in Europa heeft natuurlijk te maken met het feit dat kort daarvoor de boekdrukkunst was uitgevonden door Gutenberg.

Het begin van de Nieuwe Geschiedenis of ‘Nieuwe Tijd’ wordt traditioneel rond het jaar 1500 gedateerd. Maar ik denk dat veel ervoor pleit om die datum te vervroegen. De humanisten in de Italiaanse renaissance hadden al lang ontdekt dat er bij de schrijvers uit de oudheid een schat aan wijsheid te vinden was: moreel hoogstaande ideeën, die de vergelijking met het christelijke gedachtegoed glansrijk konden doorstaan. Er is iets voor te zeggen om de geestverruiming die dit tot gevolg had als het begin van de nieuwe geschiedenis te zien. Het zaad van een nieuwe psyche was geplant.

In het katholieke Europa, waar nog 90% van de mensen analfabeet was, duurde het vervolgens lang, voordat nieuwe ideeën tot bloei konden komen. Maar het gebeurde. Door een toenemende verspreiding van gedrukte boeken werd de grond als het ware bouwrijp gemaakt voor de reformatie. Wat Maarten Luther in 1517 op de kerkdeur spijkerde kwam niet zomaar uit de lucht vallen. Deze mentaliteit broeide al langer binnen diverse kringen in de samenleving. Zijn verdienste was dat hij radicaal en energiek was. En ontwikkeld bovendien, want hij was niet alleen geestelijke, maar ook nog musicus en bijbelvertaler uit het Latijn.

Daarmee werd de inhoud van het geschrift voor een toenemend aantal mensen toegankelijk. En dat simpele feit heeft het verschil gemaakt. Vóór die tijd moesten de mensen die niet konden lezen en schrijven maar geloven wat hen door de geestelijken werd verteld. Daar kwam het wel zo’n beetje op neer, want de katholieke kerk had zich tot een onwankelbaar machtsinstituut ontwikkeld. Een instituut dat zeer bedenkelijke praktijken praktiseerde.

Na de vertaling konden gewone burgers zich voortaan een mening gaan vormen over wat er allemaal in dat boek stond. Individuen en groepen konden hun eigen beoordeling van de tekst ontwikkelen. Precies dat heeft ook de aanzet gegeven voor een groeiend individueel bewustzijn.

Het katholicisme was een monoliet. De reformatie schiep voor het eerst ruimte voor persoonlijke opvattingen. En de menselijke natuur in aanmerking genomen, is het niet vreemd dat er al snel veel meningsverschil bestond over wat ervan gevonden moest worden, van al die wonderlijke verhalen.

Erasmus heeft ervoor gepleit om de twee stromingen met elkaar te verzoenen. Was hij aanvankelijk een sympathisant met Luthers ideeën, later constateerde hij dat de sociale samenhang er toch ernstig door bedreigd werd. Al was het maar omdat verschillende richtingen elkaar al aan het bestrijden waren. De synthese die hem voor ogen moet hebben gestaan is er nooit gekomen. En kon er ook naar mijn idee niet komen, omdat er sprake was van onverenigbaarheid van karakters. Het bolwerk van de katholieke kerk was nooit van plan om haar macht met anderen te gaan delen. Geen enkele machthebber doet dat vrijwillig. Het toelaten van afwijkende visies op hun dogma’s zou hun positie ernstig verzwakken. Dus zetten ze hun hakken in het zand en bestreden zoveel mogelijk deze nieuwe stroming.

Toen eenmaal de vrijheid van denken haar meer en meer vaste schreden deed, liet die zich niet meer tegenhouden. Het waren twee werelden die niet met elkaar in harmonie te brengen waren.

Was Erasmus nou zo naïef dat hij dat niet begreep? Ik denk het niet. In een chaotische tijd probeerde hij een menselijk geluid te laten horen; te redden wat er te redden viel. Omdat hij een hoop ellende voorzag. Die ellende is er inderdaad gekomen en is nooit helemaal over gegaan, want nog steeds verdragen humanisten en dogmatici elkaar niet.

Toen de gereformeerden in Nederland hun kans schoon zagen, begonnen ze zich net zo onbuigzaam te gedragen als de katholieke kerk had gedaan. Hun kritiek op het absolutisme van Rome was terecht geweest, maar nu ze in de meerderheid begonnen te raken kwam er een ander trekje aan het licht. Het voelde wel lekker om een beetje de dienst uit te maken. Een lelijke onverdraagzaamheid  ten aanzien van andersdenkenden nam hand over hand toe. Tot ze in de 17e eeuw zo machtig waren dat vrijdenkers het wel uit hun hoofd lieten om hun ideeën aan de openbaarheid prijs te geven.

Was Galilei nog door Rome gedwongen om zijn bevindingen te verloochenen, een eeuw later moest Spinoza zijn filosofie in het geheim delen met geestverwanten. Want de vroede vaderen wensten hiermee niet geconfronteerd te worden. Ze begrepen het niet, het zou dus wel gevaarlijk zijn.

De arrogantie van de macht maakt geen onderscheid tussen geloofsopvattingen. Al die geestelijken door de eeuwen heen verkochten hun vrome praatjes maar al te graag aan een goedgelovige massa, die ze vervolgens naar eigen goeddunken probeerden te manipuleren. En niet alleen in het christendom, het jodendom of de islam is dit gebeurd. Het gebeurt nog steeds.

Ook in de oudheid was dit verschijnsel schering en inslag, in allerlei culturen. Er lijkt dus in elke samenleving een kaste te bestaan die wil profiteren van het feit dat mensen behoefte hebben aan een geloof, een houvast, een totem, om de onbegrijpelijke chaos van het leven op aarde te kunnen doorstaan. Want het leven biedt geen zekerheden. Daarom creëren mensen schijnzekerheden. Daar valt voor velen mee te leven, ondanks de ongemakken en strenge voorschriften die er soms mee gepaard gaan. Zo is het nu eenmaal. En de behoefte aan een geloof blijft niet tot de religie beperkt. Mensen willen ook graag in politici geloven en in de wetenschap. Maar ook politici en de wetenschap bieden geen zekerheden.

Het is dus maar het beste om iedereen, of elke instelling die zekerheden in de aanbieding heeft, met een korreltje zout te nemen.

Dark horse