Een nieuw seizoen daagde in klasse 4D. Nieuwe kansen om weer eens een onsterfelijke partij te spelen!
Op 20 september reisde Spaarne-1 af naar een wel heel gemoedelijk deel van de Bijlmermeer. Google maps loodste Colleen Otten en ondergetekende via wandelpaden en druipend groen – het regende flink aan het begin van de middag – langs een aantal vrijstaande woontorens, naar onze speellocatie. Groenhoven! Een woonidylle bedacht rondom 1970 of daaromtrent. Ik heb niets tegen zo’n brute flatwijk, integendeel. Er is een hoop veranderd in Amsterdam Zuidoost sinds de eerste tekeningen van modern wonen midden jaren ’60 in hoogwaardig beton werden gegoten, maar die woontorens leken de tand des tijds zonder slijtage te hebben doorstaan, als een raam naar het verleden.
–0–
Zullen we even een d-tourtje maken? Meer dan tien jaar lang huurde ik een flat in een toch wat desolate niet meer zo heel nieuwe nieuwbouwwijk in Alphen aan den Rijn, wellicht net zo bruut als de Bijlmer. Ik woonde op de Preludeweg. Die naam wees op een niet geringe weeffout in mijn bestaan. Als je op de galerij voor mijn flat stond, kon je bij helder weer in de verte de schoorstenen van de Hemwegcentrale zien, langs de A10, vlakbij de Coentunnel. Mijn buurman wees me daar een keer op, in 1999 of daaromtrent. Hoogst interessant! Aan de andere kant van mijn flat lag een vierbaansweg waarop het verkeer telkens aanzwol tot geraas en dan weer hoogst empathisch uitdoofde tot stilte, omdat stoplichten voor een groot kruispunt telkens op rood floepten. Als ik mijn handen op de reling zette kon ik aan de overkant van die weg bij een tankstation naar binnen kijken waar ik met zekere regelmaat filtersigaretten aankocht (nu al lang niet meer). Achter die weg lag een industrieterrein met een middelbare school in grijze baksteen. Daarop gaf ik les in het vak Wereldbeschouwing. Ik kan me herinneren dat de zomers zich moeizaam voltrokken, de winters nog meer.
–0–
Goed, op de website van schaakclub Zuidoost United zie ik nu een perfecte routebeschrijving, maar die hadden wij noch Paul Ruber en Jan Vos gelezen: Groenhoven bestaat uit 8 woontorens. De collectieve ruimte is via een indoorloopstraat te bereiken. U vindt het collectief tussen toren 6 en 7, de ingang is via de Patio. Verder: Groenhoven biedt een bar/eetcafé, u kunt er terecht voor maaltijden tegen een aantrekkelijke prijs. Indoorloopstraat. Ha, nou leuk, ik had al wat letterstenen op mijn scrabblebordje staan.
–0–
Enfin …. de wedstrijd werd een klinkende overwinning: 3-5. Door zeges van Paul Ruber, Colleen Otten, Aad de Bruijn en Leol Litel konden twee matchpunten mee terug naar huis. Ik wandelde regelmatig langs de borden, schatte stellingen snel en oppervlakkig in, maar had in de auto terug naar huis nauwelijks een beeld van het scoreverloop, laat staan van het verloop van de partijen. Hieronder een korte impressie
Als ik het goed heb won Paul Ruber met zwart op bord 4 tamelijk geruisloos een stuk en incasseerde het punt zonder al te veel moeite.
Frans Arp (bord 5) keepte een mindere stelling door een afwikkeling naar een toreneindspel dat hij nauwkeurig naar remise leidde. En dan was er Aad de Bruijn die een enorme aanval opwekte langs een open h-lijn. Een lekkere partij om het seizoen mee te beginnen:
Vooraf had Colleen Otten weer eens uiting gegeven aan haar nu al legendarische gebrek aan speelzin, maar achter het bord en na de partij viel het daar reuze mee mee. En de engine vond dat ook. (Gaan we binnenkort ons genoegen laten afhangen van …?)
Op bord 2 kwam ik voor de tweede keer in een week in een opening terecht die ik niet goed ken: 1. d4 Pf6 2. Lf4. Toeval of niet: in de auto had Colleen me geadviseerd de verleiding van Lc8-f5 achterwege te laten, want anders zou wit het ding kunnen opjagen met f2-f3, g2-g4, enzovoort. (Het is de lijfvariant van Paul Mathot die op de avond van de ledenvergadering bijna een rapidtoernooitje won, mede door mij te verslaan.) De opening verliep anders, niet onverdienstelijk voor de hoeder van de zwarte stukken. Ik ‘verzon’ een pionoffer met een stille zet als follow-up dat de witspeler niet mocht aannemen, zo orakelde het rekenmonster achteraf. Maar hij deed het toch. Omstreeks de twintigste zet stond ik op winst met 35 minuten op de klok, mijn tegenstander had er nog vijf of zes. De afrondende nekslag vond ik niet, en tien zetten later moest ik opgeven na een blundertje van formaat. Dat had een trauma kunnen worden, op de terugweg treurend achter het stuur, maar werd het niet. Op de een of andere manier voelde het schaakglas half vol aan, in plaats van helemaal leeg. Wijsheid komt met de jaren, of het moet dry september zijn geweest :).
Jan Vos speelde op bord 7 een interessante partij met wisselende materiaalverhoudingen (pionverlies, kans op stukwinst, pionwinst, stukverlies):
Terwijl ik mijn partij in het naastgelegen café naspeelde, zwoegde Loek Veenendaal zich als laatste op bord 3 door een taai soort doorschuif-Caro-Kann waarin hij een pion won na eerst Ld3 (de goede loper) met een paard op g6 te hebben geruild (vond een kiebitzende clubgenoot onlogisch), maar moest toezien dat de zwarte stukken aanzienlijke activiteit konden ontplooien op de damevleugel. Een eindspel werd uiteindelijk remise.
Schill
Rating
|
Rating
|
|||||
---|---|---|---|---|---|---|
Mohammad, F.J. (Farmaan) | 1917 | Otten, C.J. (Colleen) | 2038 | 0 – 1 | ||
Mekuria, R.N. (Rufael) | 2022 | Schilthuizen, A.P. (Sander) | 1978 | 1 – 0 | ||
Nie van, J. (Jonathan) | 1931 | Veenendaal, L. (Loek) | 1940 | ½ – ½ | ||
Torn, D.A. (Daniel) | 1918 | Ruber, P.J.P. (Paul) | 1968 | 0 – 1 | ||
Saricicek, A. (Ahmet) | 1946 | Arp, F.L. (Frans) | 1978 | ½ – ½ | ||
Saricicek, B. (Bilal) | 1749 | Bruijn de, A. (Aad) | 1887 | 0 – 1 | ||
Sternau, A. (Almar) | 1994 | Vos, J.H. (Jan) | 1870 | 1 – 0 | ||
Lont, I.G. (Iwan) | 1929 | Littel, L. (Leo) | 1824 | 0 – 1 | ||
Gemiddelde Rating: | 1926 | Gemiddelde Rating: | 1935 | 3-5 |